Welkom! » Log in » Registreer een nieuw account

Watt, een vergelijking tussen Froome en Dumoulin?

Gepost door Bromertà 
Bromertà 18 augustus 2017 12:17
Watt, een vergelijking tussen Froome en Dumoulin?


In bovenstaand overzicht zijn de vermogens omgerekend naar étalon. De gele en de roze stip liggen ruim verwijderd van de horizon ( de 100% grens ), waarbij bij dit gemiddelde percentage van de Perfecte Renner uiteraard rekening is gehouden met prestaties op hoogte.



De Franse rekenaar Frédéric Portoleau heeft een zeer lezenswaardig rapport geschreven over de Tour 2017. Hij gebruikt het begrip étalon, Standaard Renner, om renners uit verschillende gewichtsklasse, soms zijn het dan ook mislukte boksers, met elkaar te vergelijken. Etalon staat voor een renner van 70kg met 8kg aan dood gewicht, zoals fiets, schoenen, helm, bidon, broek en shirt, etc.

Zet die étalon in de etalage naast de Perfecte Renner van 74kg, die 6,4 w/kg gedurende 60 minuten kan trappen mét een efficiëntie volgens de vermogenscurve van Riegel. De kijker krijgt zo een indruk waar de fysieke barrière van het menselijke kunnen liggen, en kan de zwaar bevochten inspanningen met elkaar op twee manieren vergelijken. Tussen haakjes, figuurlijk gesproken dan, volgens Riegel neemt het vermogen met de zevenhonderdste macht af bij het verlengen met de tijdfactor (t : t’). Hiermee ligt de fysieke grens eenduidig vast voor inspanningen vanaf zo’n 6 minuten vast; vermogen gedomineerd door de zuurstofopnamecapaciteit én afnemend met de tijdsduur.

Portoleau en Vayer onderscheiden vier zones om vermogensinspanningen in te schalen:

Le seuil choisi dépend de nombreux critères : la durée de l'étape et la dernière ascension (pas de seuil si effort < 20 min), sa difficulté, etc...

Voici la méthode utilisée sur ce site :

Etapes de cols de plus de 4h :
> 450 W (Etalon) : MUTANT
> 430 W : MIRACULEUX
> 410 W : SUSPECT
< 410 W : HUMAIN
Course de côte de plus de 4h ou C-L-M :
> 465 W (Etalon) : MUTANT
> 445 W : MIRACULEUX
> 425 W : SUSPECT
< 425 W : HUMAIN


Zomaar wat kanttekeningen.

In welke zone bevindt de Perfecte Renner zich, als ie aan ’t eind van een bergetappe van meer dan 4 uur koers op zijn slotklim met een gemiddeld stijgingspercentage van 8% 30 min nodig heeft?

De 74 kg wegende renner perst uit het perfecte lijf een vermogen van (60 : 30)^0,07 X 6,4 = 6,72 w/kg.
De Standaard Renner van 70 kg zal sowieso iets meer vermogen per kilogram moeten trappen om met dezelfde snelheid boven te komen. Hij zal dus meer dan 6,72 X 70 = 470 watt moeten leveren en hiermee komt ie diep in de mutant zone. Conclusie een prestatie van 100% op ’t niveau van de Perfecte Renner overschrijdt de hoogste grens die Chronoswatts heeft gedefinieerd.

Vooral vanwege het ontbreken van een tijdsafhankelijke component krijgen die Chronoswatts-grenzen een nogal arbitrair karakter. Dank u de koekoek, het verschil tussen een maximale inspanning van rond de 20 minuten en een maximale inspanning die richting driekwartier of een uur gaat, is immens, gevoelsmatig dan toch.

Hoe inhumaan is bijvoorbeeld een inspanning van 465 watt gedurende 20 minuten in een tijdrit voor een renner van 70kg? Volgens de regel van Riegel ligt de fysiologische grens bij (60 : 20)^0,07 X 6,4 X 70 = 484w. Daarmee komt die 465w op 96% uit van de Perfecte Renner. Bij zo’n prestatie hoeft er toch nog geen rode vlag omhoog, of zelfs geen verdachtmakend vingertje de lucht in?

Na de Tour van 2016 kwam Vayer met dit overzicht:


Gedurende gemiddeld 28 minuten had Froome een étalon van 419 watt, wat ongeveer 89% van de Perfecte Renner is.

Dit jaar kwam Froome “niet verder” dan 410 watt gedurende 31 minuten, waarmee hij op 87% van de Perfecte Renner presteerde


In beide gevallen (2016 en 2017) wordt in het overzicht geen rekening gehouden met inspanningen die op hoogte uitgevoerd werden. Vooral boven 1500m en zeker bij inspanningen op alpenreuzen als Galibier en Izoard vreet de ijle lucht aan de zuurstofopname en daardoor loopt elke vergelijking in de pruimentijd tussen appelen en peren.


Heeft Froome te vrezen voor Dumoulin?

Volgens de opendeurentheorie kan ’t niet anders dan dat Froome in Dumoulin een renner gaat tegenkomen die hem het meeste zorgen zal baren. Niet alleen vanwege zijn tijdritcapaciteiten, maar vooral omdat Dumoulin tijdens de Giro 2017 heeft laten zien bergop gedurende drieweken gelijke tred te kunnen houden met de allerbeste klimmers. Sterker nog, hij kon ’t zich zelfs veroorloven om eventjes netjes af te stappen om uit de broek te gaan. Zoveel transparantie is nou ook weer niet nodig.

Een overzicht van het aantal klimkilometers ten opzichte van de totale lengte laat zien dat de renners tijdens de Giro van 2017 zo’n 5000m meer in verticale richting te verstouwen kregen dan de deelnemers aan de Tour van 2017. De klimcapaciteiten van Dumoulin in verhouding tot de “echte” klimmers zijn in 2017 flink op de proef gesteld. Dumoulin wil echter geen onderdeel zijn van het Franse rad van fortuin waarin winstkansen voor zoveel mogelijk deelnemers meer en meer worden geëgaliseerd, maar zal bewust kiezen voor een Grote Ronde waarin zijn sterkste wapen maximaal tot zijn recht komt: de individuele race tegen de klok.

[pbs.twimg.com]



[www.chronoswatts.com]





Aan de vooravond van de Vuelta sluit ik af met de vraag in hoeverre Wilco Kelderman in staat is om in de voetsporen te treden van Tom Dumoulin?
Sub Culture 18 augustus 2017 12:18
Bromertà 18 augustus 2017 12:28
Orakel 18 augustus 2017 12:58
Toont in ieder geval aan dat het niveau afgelopen Giro "Tourwaardig" was.
In tegenstelling tot enkelen die nog steeds verkondigen dat Quintana op 80% aan de start verscheen.
Luijt 18 augustus 2017 13:41
Met betrekking tot de laatste vraag:
Zie het interview met Kelderman op NOS.nl en trekt uw conclusies.
Walnoot 18 augustus 2017 13:43
Toont aan mij in ieder geval alleen maar wat willekeurige cijfertjes. Zolang men niet precies laat zien welke gegevens gebruikt worden om de waardes van de renners te berekenen (en daarmee de mogelijkheid verschaft om ze eens grondig na te gaan), is dit in principe waardeloze pseudo-exactheid.
Bromertà 18 augustus 2017 14:18
Tegen iemand die te lui is om zijn intellectuele vermogens aan te spreken op al die momenten dat ieder cijfertje van elke kaart tot ver achter de komma wordt verantwoord, kan ik maar een ding zeggen: "gegroet."



1 keer gewijzigd. Laatste wijziging: 18/08/2017 14:19 door Bromertà.
Bromertà 18 augustus 2017 14:27
Ik lees:
Quote

Kelderman legt zichzelf wel enige druk op. Hij heeft een topklassering, een plek bij de beste tien in het eindklassement, als doel gesteld. "Je wilt wel laten zien aan de ploeg dat je het kan. Dat ik er kan staan en dat ik goed ben. En je wilt het vertrouwen van de ploeg ook belonen."

Dumoulin géén knecht

Het enige wat Kelderman graag anders had gezien, is de ondersteuning van Dumoulin. Die mist hij in Spanje, omdat Dumoulin heeft gekozen voor een andere aanloop naar de WK.

"Hij heeft meer ervaring. Als je ziet hoe koel hij altijd blijft in de finales en hoe goed hij altijd rijdt. Daar kan ik nog heel veel van leren."
[nos.nl]

Hieruit ga ik geen conclusie trekken, jij blijkbaar wel.
Luijt 18 augustus 2017 14:54
Heb je het filmpje ook gezien?

Wat er ook moge zijn van wattages, perfecte renners, en wat al niet meer zij, daar staat geen winnaar.
Walnoot 18 augustus 2017 15:01
Ergens is het toch best jammer dat je nooit inhoudelijk ingaat op kritiek. In plaats daarvan op de man spelen is ook best wel een teken van zwakte.



1 keer gewijzigd. Laatste wijziging: 18/08/2017 15:01 door Walnoot.
Carlos Danger 18 augustus 2017 16:46
Wat een vergelijking, zeg.
Frederik D. 18 augustus 2017 19:08
Bromerta.

ik begrijp er niets van. Maar dat ligt aan mij. Maar ga toch door met je cijfertjes en sommetjes. Meten is weten.
Clavan 18 augustus 2017 21:36
Ik ben kleurendoof. Dus heb je voor mij de Netflix link? Zo nee. Ik zit bij het speciale bieren cafe op Lowlands voor verdere duiding en uitleg. Dus voor nu.....toedels
Horsie is back 19 augustus 2017 01:28
Watt wil Bromertà hier nu etalonneren? Toch niet, dat wij denken, dat hier misschien sprake is van een Watt-vergelijking tussen Froome en Dumoulin
Want die vraagtekens zijn overbodig.
Bromertà maakt hier een Watt-vergelijking. Waarvoor dank.

Ik geef grif toe, dat hij hiervoor wel een karrenvracht aan extra watt nodig heeft.
Uit de eerste grafiek kan men overigens wel halen, dat beide renners alhoewel in twee verschillende werelden presterend, elkaar niet zoveel zullen ontlopen.
Och en dat Walnoot weer over pseudo-exactheid moet reppen...

Niettemin worden mijn bezwaren tegen een serieuze vergelijking van de huidige toprenners met de zogenaamde PC artiest niet weggenomen.
Respectievelijk 90% en 87%. En alhoewel er natuurlijk niet altijd maximaal werd gepresteerd zoals bijvoorbeeld wel op een 100m hardlopen, een vergelijking met dezelfde 100 meter hardlopen is hier wel op zijn plaats.

His Boldness Usain Bolt was recent op zijn honderd meter hardlopen nog altijd 96,28% waard van zijn gemiddelde snelheid van Berlijn 2009.
Bolt van 2017 vergelijken met 2009 betekent na elke 20 meter cumulatief achterlopen met 0,09s-0,12s-0,18s-0,28s-0,37s.

Wist U overigens, dat Bolt op de 100 meter toch nog de allersnelste was, 9,767s versus 9,782s sec.
Maar ja, die motorische reactietijd, niet waar? Daar hebben de dwangarbeiders van de weg geen last van.
Fred leert ook wel eens wat. Motorische reactietijd houdt in de tijd, die verloopt tussen het startschot en het moment dat er voor het eerst een bepaalde drukkracht op de startblokken wordt overschreden. De allerbeste motorische reactietijden worden dan ook zelden door de toppers gerealiseerd.
Dit Rit Naar Bordeaux 19 augustus 2017 06:49
Grafiek is tabel
Curzio 19 augustus 2017 08:49
Eigenlijk hetzelfde als reactietijd dus.
Andere Peter 19 augustus 2017 09:51
De Tour is veel grotesker dan de Giro of de Vuelta. Veel nerveuzer. Ik heb er geen tabel van maar het is zo. Dumoulin moet eerst maar eens laten zien dat hij in de Tour zijn topniveau als klassementsrenner kan halen. Lukt dat, dan is hij een geducht concurrent voor iedereen. Maar dat is wel de eerste voorwaarde waar Dumoulin aan moet voldoen. Pas daarna begint het vergelijk.
Luijt 19 augustus 2017 10:28
De woorden "dan ook" slaan nergens op in de laatste alinea want er is geen sprake van een gevolgtrekking.... Dus....

Come to think of it, wat de neuk moeten we op een wielerforum met dat geklets over motorische reactiesnelheid?Naar t motortjesforum ermee.
Cecchini 19 augustus 2017 13:48
Froome heeft nog nooit de Giro gereden
Carlos Danger 19 augustus 2017 14:05
Cecchini Schreef:
-------------------------------------------------------
> Froome heeft nog nooit de Giro gereden


Behalve dan in 2009 en 2010.
Cecchini 19 augustus 2017 14:21
Verdorie dat wist ik niet eens. Laat Pyama het maar niet horen.
Horsie is back 19 augustus 2017 14:34
Curzio Schreef:
-------------------------------------------------------
> Eigenlijk hetzelfde als reactietijd dus.

Nee, want als je een bepaalde drempelwaarde niet overschrijdt wordt er niets geregistreerd.
Ik wou daarmee alleen maar aangeven, dat je (en dat heb ik dan geleerd!!!!) je niet voetstoots mag aannemen, dat eindtijd minus motorische reactietijd de zuivere 100m tijd zou zijn.
Horsie is back 19 augustus 2017 14:36
Dit Rit Naar Bordeaux Schreef:
-------------------------------------------------------
> Grafiek is tabel

Je hebt op school heel goed opgelet. Een kudo van de schoolmeester.
Curzio 19 augustus 2017 14:47
Dat onderscheid zou alleen zinvol zijn als een sprinter na het horen van het startschot ook een reactie zou vertonen die niet over deze motorische drempelwaarde komt. Dit lijkt mij niet het geval.
Horsie is back 19 augustus 2017 14:52
Luijt Schreef:
-------------------------------------------------------
> De woorden "dan ook" slaan nergens op in de
> laatste alinea want er is geen sprake van een
> gevolgtrekking.... Dus...

Je hebt gelijk. Ik was te druk bezig te betogen, dat motorische reactietijd niet meer als een serieuze prestatieparameter wordt beschouwd.

> Come to think of it, wat de neuk moeten we op een
> wielerforum met dat geklets over motorische
> reactiesnelheid?Naar t motortjesforum ermee.

Met dat geklets van jou hierboven ben je niet bezig met de inhoud anders dan te fulmineren, dat dit niet op een wielerforum thuishoort, maar ventileer je steevast je vooringenomenheid over bijna alles wat ik hier schrijf.


Jij niks, jij roept alleen I didn't move.
Eindhovuh 19 augustus 2017 14:59
Shhht Horsie moet af en toe laten zien dat hij dingen dieper begrijpt dan anderen. Laat hem dat gewoon maar doen. Gelukkig schroomt hij niet dat hier te etalonneren...
Horsie is back 19 augustus 2017 15:04
Curzio Schreef:
-------------------------------------------------------
> Dat onderscheid zou alleen zinvol zijn als een
> sprinter na het horen van het startschot ook een
> reactie zou vertonen die niet over deze motorische
> drempelwaarde komt. Dit lijkt mij niet het geval.

De grens is 0,10 seconde, omdat ervan wordt uitgegaan, dat niemand in de gegeven situatie na het afgaan van het startschot in staat is een reactietijd te halen, die minder is dan die grens. Dus wordt dan automatisch uitgegaan van een valse start.

Je moet echter wel een bepaalde drempelwaarde in druk op de startblokken overschrijden.
Meneer 60% 19 augustus 2017 15:54
Omdat voor het bepalen van wattages rekenkracht nodig is klinkt alles al snel wetenschappelijk. Het verdacht maken van renners aan de hand van wattages is dat absoluut niet. Reinste onzin. Die grenzen tussen verdacht en niet zijn lukraak gekozen. Het is eigenlijk niets anders als dat ik nu bepaal dat elke 100 meter tijd onder de 9,80 verdacht is. Maar omdat een tijd in seconden minder wetenschappelijk klinkt dat wattages, zou niemand dat pikken.

Ik ben niet naïef, maar ik geloof dat ook in de sport supertalenten bestaan die, zonder doping, grenzen kunnen verleggen.



1 keer gewijzigd. Laatste wijziging: 19/08/2017 15:57 door Meneer 60%.
Andere Peter 19 augustus 2017 19:59
Dat doet er natuurlijk helemaal niets toe in de stap die Dumoulin nog moet aantonen van Giro/Vuelta naar Tour.
Horsie is back 19 augustus 2017 21:29
Meneer 60% Schreef:
-------------------------------------------------------
> Die grenzen tussen verdacht en niet zijn lukraak
> gekozen. Het is eigenlijk niets anders als dat ik
> nu bepaal dat elke 100 meter tijd onder de 9,80
> verdacht is.

Er is geen sprake van lukraak kiezen want er wordt in tijd en met afstand wel degelijk gekeken naar de (on)mogelijkheden van de menselijke energiesystemen (motoren, zoals de auteurs van het boek Het Geheim van Wielrennen betogen). En ook de Fransen zeggen niet zo maar wat.
Zij praten niet voor niks over La preuve par 21 om hun gelijk te halen.

Het is ironisch, dat je hier uitgerekend het voorbeeld van de 100 meter tijd onder 9,80 seconden, aanhaalt.
Het kan zijn dat de spreekwoordelijke lat bij 9,77 seconden gelegd moet worden, maar door de jaren heen heeft alleen Usain Bolt deze tijd en sneller gelopen, zonder daarbij in opspraak te zijn gekomen. Zijn maximum kan overigens gerust bij 9,55 seconden gelegd worden.
Maar of dat een geruststellend teken is?

Sinds 1900 zijn er alleen maar grenzen verlegd, individueel en collectief.
Maar het einde van die ontwikkeling is zonder baanbrekende ontdekkingen in zicht.
Andere Peter 20 augustus 2017 02:39
Die ontwikkeling gaat natuurlijk gewoon door. Omdat er per definitie baanbrekende ontwikkelingen zijn. Daarom gaat het al zo lang zo. Natuurlijk ook al vóór 1900.
Curzio 20 augustus 2017 08:25
Ik moet hier Horsie toch bijtreden. Er zit ongetwijfeld een limiet aan het lichamelijk, menselijk prestatievermogen. Op de 100 meter is dat het meest duidelijk; niemand zal toch geloven dat er bijvoorbeeld ooit onder de 9 seconden gelopen zal worden (zonder kunstmatige modificatie). Ontwikkeling zal altijd in de eerste fase het hardste gaan, dan zijn er de meeste mogelijkheden om winst te pakken, en die boog vlakt steeds verder af (asymptotische curve).
Bromertà 20 augustus 2017 12:29
Wie de 100m vergelijkt met een inspanning van minimaal 6 minuten loopt rechtstreeks in het domein van het menselijk falen, waarover Grunberg schreef dat dat net zo iets is als het weer: niets aan te doen.

Voor de 100m heeft de mens niet één molecuul zuurstof nodig, terwijl bij inspanningen van meer dan 6 minuten juist de zuurstofopname alles bepalend is. Hoeveel de mens aan direct opgeslagen energie in de vorm van fosfaatverbindingen in zich herbergt is bijna onmogelijk vast te stellen. Daarentegen is de hoeveelheid zuurstof die de mens kan opnemen en omzetten in energie juist heel nauwkeurig te meten.

[www.fiets.nl]
Horsie is back 20 augustus 2017 14:26
Ik heb zonet zéér lucide gedroomd, dus kan er weer tegenaan.

Op een gegeven moment gaan vrouwen zo hard lopen, dat ze in de toekomst sneller zullen zijn dan de mannen.
Elaine Thompson was dit seizoen op haar best niet zo heel veel langzamer dan Bolt. Wat zeg ik nu ?
Overigens ooit gelezen, dat bovenstaand gegeven (niet ET vs Ucool smiley een feit zal zijn in da year 2050. Nog effe volhouden. grinning smiley

Het probleem is altijd en daar heeft evolutionair AP een punt, je moet buitengewoon zuiver meten.
Op de 100 m kan één en dezelfde prestatie door verschillende omstandigheden tot wel 0,2 seconde fluctueren.
Bovendien zodra doping in het spel komt wordt het nog moeilijker. Bolt is de laatste der Mohikanen. smiling smiley

Momenteel stagneert het rond de 9,80s al blijft het natuurlijk de vraag bij welke exacte omstandigheden.
Curzio komt met aymptotische curve om de hoek kijken, Fraai.
Horsie is back 20 augustus 2017 14:46
Bromertà Schreef:
-------------------------------------------------------
> Wie de 100m vergelijkt met een inspanning van
> minimaal 6 minuten loopt rechtstreeks in het
> domein van het menselijk falen, waarover Grunberg
> schreef dat dat net zo iets is als het weer: niets
> aan te doen.


You don't need the weatherman to know which way the wind blows.


> Voor de 100m heeft de mens niet één molecuul zuurstof nodig, terwijl bij inspanningen van meer
> dan 6 minuten juist de zuurstofopname alles bepalend is.

Zo, Bromertà wil weer even zijn étalon ten aanzien van sprinten (lopen/fietsen) demonstreren.
Zonder één molecuul zuurstof weet hij te melden. Het gaat wel vrijwel totaal anaeroob, maar helemaal?
Een tijd van 10 seconden voor 200m sprint wielrennen vergt 5% aerobe energielevering en wordt afgeraffeld met 280% Vo2 max.
Voor een kilometer is de verhouding anaerobe/aerobe energielevering nog altijd in het voordeel van anaeroob.

Waar ging het ook al weer over? Oh, ja de (PC) stip aan de horizon?
Nomath 20 augustus 2017 16:14
Bromerta schreef
In beide gevallen (2016 en 2017) wordt in het overzicht geen rekening gehouden met inspanningen die op hoogte uitgevoerd werden. Vooral boven 1500m en zeker bij inspanningen op alpenreuzen als Galibier en Izoard vreet de ijle lucht aan de zuurstofopname en daardoor loopt elke vergelijking in de pruimentijd tussen appelen en peren.

Wat een gezwollen taal, die een groot manco van dit soort vergelijkingen moet verhullen.

Het is niet zo dat er boven de 1500 meter plotseling iets verandert, net zomin als boven 2500 meter of 4000 meter. Boven zeeniveau is er gewoon een continue afname in de zuurstofdruk met de hoogte én een continue afname in de dichtheid van lucht. Beide effekten zijn van belang voor het verband tussen prestatie (vermogen) als funktie van de hoogte.

Uit de geschiedenis van het werelduurrecord kunnen we vaststellen dat werelduurrecords zowel gevestigd worden op zeeniveau (Milaan, Manchester) als in Mexico City (2300 meter). Bij een werelduurrecord is de luchtweerstand de belangrijkste factor die de snelheid beperkt, omdat de baan vlak is en de rolweerstand relatief klein is. Daaruit kun je al opmaken dat het nadeel van een lagere zuurstofdruk min of meer gecompenseerd wordt door de lagere luchtweerstand. De conclusie is dat de vermogensafname in goede benadering hetzelfde verband volgt als de dichtheid van lucht met de hoogte. Dat laatste verband is fysisch heel goed bekend.

Ook bij schaatsrecords blijkt het effekt van de hoogte ‘marginaal’. Net als bij baanfietsen, is bij schaatsen de luchtweerstand de belangrijkste factor die de snelheid beperkt. Weliswaar zijn de huidige wereldrecords op de lange afstanden gevestigd op hoger gelegen banen, zoals Inzell (690 m), Calgary (1045 m), Salt Lake City (1288 m) en in het verre verleden op de Medeo baan in Almaty (1690 m), maar de tijdsverschillen zijn eigenlijk in absolute zin klein. De snelste 5000 meter ging in 367 sec op zeeniveau en 363 sec op 1045 meter (Calgary) ; de snelste 10 km ging in 759 sec op zeeniveau en in 756 sec op 1288 meter (SLC). Verschillen van minder dan 1%. Ook hier blijkt de afname in luchtweerstand min of meer de afname in vermogen te compenseren.

Een fietser op een steile klim heeft door zijn lage snelheid weinig te maken met luchtweerstand maar wél met de afname in zuurstofdruk. Voor hem telt de afname in zuurstofdruk dus wel als grote beperking. Dat begint al boven zeeniveau.

De afname in luchtdichtheid als functie van de hoogte is nauwkeurig bekend, zie Wikipedia [en.wikipedia.org]. Er is ook een invloed van vochtigheid en temperatuur. In eerste benadering neemt de dichtheid met 9% af per 1000 meter. Dat zijn effekten die je bij vermogensschattingen zeker in rekening moet brengen.

Wat ik hiermee wil zeggen is dat een formule die het effekt van de hoogte niet meeneemt een grote fout maakt , in de orde van ettelijke %-en. Wat ik ook duidelijk wil maken is dat we eigenlijk een redelijk goede experimentele formule hebben voor vermogensafname als funktie van de hoogte, nl. dezelfde formule als voor de dichtheidsafname van lucht.

Nog tweede opmerking over de nauwkeurigheid van dit soort vergelijkingen. De Riegel-formule is destijds (1981) niet gevonden voor het vergelijken van vermogens bij verschillende inspanningsduur, want je had in die tijd geen goede vermogensmeters. De formule werd gevonden uit tijden als functie van de afstand : tijd evenredig met afstand ^ k. De exponent k is een vermoeidheidsfactor. Riegel vond k=1,08 voor topatleten en k=1,06 voor recreatiesporters. Dat werd versimpeld tot k=1,07. Reken je de Riegel-formule om voor snelheid of vermogen, dan krijg je dat beide afnemen als functie van de inspanningsduur met een exponent k’=0,07. De benadering laat al zien dat er een onzekerheid van ongeveer 0,01 op zit. Om deze reden zijn berekende verschillen van 5W op 400 W niet erg betrouwbaar.



2 keer gewijzigd. Laatste wijziging: 20/08/2017 17:53 door Nomath.
Horsie is back 20 augustus 2017 20:58
Nomath Schreef:
-------------------------------------------------------

> Uit de geschiedenis van het werelduurrecord kunnen
> we vaststellen dat werelduurrecords zowel
> gevestigd worden op zeeniveau (Milaan, Manchester)
> als in Mexico City (2300 meter). Bij een
> werelduurrecord is de luchtweerstand de
> belangrijkste factor die de snelheid beperkt,
> omdat de baan vlak is en de rolweerstand relatief
> klein is. Daaruit kun je al opmaken dat het nadeel
> van een lagere zuurstofdruk min of meer
> gecompenseerd wordt door de lagere luchtweerstand.
> De conclusie is dat de vermogensafname in goede
> benadering hetzelfde verband volgt als de
> dichtheid van lucht met de hoogte. Dat laatste
> verband is fysisch heel goed bekend.

Het optimum voor wielrenners, die geacclimatiseerd zijn is presteren op 2500 m hoogte, dus net boven Mexico City.
Niet geacclimatiseerd betekent al snel een halve kilometer dalen, dus net onder 1900 m op de wonderbaan van Aguascalientes.
Dit betekent dus dat boven die grenzen het voordeel in afstand (resultante voordeel versus nadeel) geleidelijk aan te niet gaat en in een nadeel overgaat.
Voor kortdurende inspanningen, waarvoor de aerobe energielevering nog niet de helft in beslag neemt, blijft er natuurlijk een gigantisch voordeel bestaan.
Op de hobbelige wieler buitenbaan van La Paz (3417 m), waar ooit Maas (jazeker Walnoot) zijn Waterloo vond, reed Arnaud Tournant in 2001 een wereldrecord in een wereldrecord, namelijk 500 m vliegend sneller dan het bestaande wereldrecord en dat zonder hulp van de balustrade. Overigens, waar niemand in feite ooit iets belangwekkends over heeft geschreven is het verschil tussen buiten- en binnenbanen. Voor het bergbeklimmen uiteraard lekker belangrijk, tenzij je de parkeergarages even buiten beschouwing laat. smiling smiley


Nu zal iemand met de naam no math (geen wiskunde) het ook niet helemaal begrijpen (ikzelf ook niet), maar toch beveel ik het artikel Comparing cycling world hour records 1967-1996 van Bassett et al. bij U aan.

> Ook bij schaatsrecords blijkt het effekt van de hoogte ‘marginaal’. Net als bij baanfietsen, is bij schaatsen de luchtweerstand de belangrijkste factor die de snelheid beperkt. Weliswaar zijn de huidige wereldrecords op de lange afstanden gevestigd op hoger gelegen banen, zoals Inzell (690 m), Calgary (1045 m), Salt Lake City (1288 m) en in het verre verleden op de Medeo baan in Almaty (1690 m), maar de tijdsverschillen zijn eigenlijk in absolute zin klein.

De snelste
> 5000 meter ging in 367 sec op zeeniveau en 363 sec
> op 1045 meter (Calgary) ; de snelste 10 km ging in
> 759 sec op zeeniveau en in 756 sec op 1288 meter
> (SLC). Verschillen van minder dan 1%. Ook hier
> blijkt de afname in luchtweerstand min of meer de
> afname in vermogen te compenseren.

Afgezien van het feit, dat berekende percentages in topsport een wereld van verschil vormen, zou ik er toch maar niet van uit gaan, dat deze absolute cijfers ook het daadwerkelijke verschil vormen. Het verschil is echt groter.

> Een fietser op een steile klim heeft door zijn
> lage snelheid weinig te maken met luchtweerstand
> maar wél met de afname in zuurstofdruk. Voor hem
> telt de afname in zuurstofdruk dus wel als grote
> beperking. Dat begint al boven zeeniveau.
>
> De afname in luchtdichtheid als functie van de
> hoogte is nauwkeurig bekend, zie Wikipedia
> [en.wikipedia.org]. Er
> is ook een invloed van vochtigheid en temperatuur.
> In eerste benadering neemt de dichtheid met 9% af
> per 1000 meter. Dat zijn effekten die je bij
> vermogensschattingen zeker in rekening moet
> brengen.
>
> Wat ik hiermee wil zeggen is dat een formule die
> het effekt van de hoogte niet meeneemt een grote
> fout maakt , in de orde van ettelijke %-en. Wat ik
> ook duidelijk wil maken is dat we eigenlijk een
> redelijk goede experimentele formule hebben voor
> vermogensafname als funktie van de hoogte, nl.
> dezelfde formule als voor de dichtheidsafname van
> lucht.

Het probleem mat al die wattage berekeningen in hogere sferen is ook, dat er naast de verschillen in acclimatisatie van renners er altijd maar met één parameter gerekend kan worden. Ik zie bij een bergetappe nooit een cijfer, dat aangeeft hoeveel afstand een renner meer zou hebben afgelegd zou hij de zuurstofopname hebben gehad van dat op zeeniveau. Platlanders doen niet aan bergbeklimmen. grinning smiley

> Nog tweede opmerking over de nauwkeurigheid van
> dit soort vergelijkingen. De Riegel-formule is
> destijds (1981) niet gevonden voor het vergelijken
> van vermogens bij verschillende inspanningsduur,
> want je had in die tijd geen goede
> vermogensmeters. De formule werd gevonden uit
> tijden als functie van de afstand : tijd evenredig
> met afstand ^ k. De exponent k is een
> vermoeidheidsfactor. Riegel vond k=1,08 voor
> topatleten en k=1,06 voor recreatiesporters. Dat
> werd versimpeld tot k=1,07. Reken je de
> Riegel-formule om voor snelheid of vermogen, dan
> krijg je dat beide afnemen als functie van de
> inspanningsduur met een exponent k’=0,07. De
> benadering laat al zien dat er een onzekerheid van
> ongeveer 0,01 op zit. Om deze reden zijn berekende
> verschillen van 5W op 400 W niet erg betrouwbaar.

Uiteraard, maar niemand claimt ook zekerheden, die beneden de 3% uitkomen (Grappe zelfs nog hoger), dus absoluut al 12 tot 15 Watt.
In de statistiek bestaat echter ook een ongeschreven wet, dat altijd rekenen met dezelfde fouten er weer een nieuwe "zekerheid" ontstaat.
Daarom ook kun je gerust zo blijven rekenen al blijft het soms erg oppassen.
Het is kennelijk gemakkelijker iets op een komeet te laten landen.
Bromertà 20 augustus 2017 22:39
"Wollige taal?" Dat klinkt bijna als de gespierde variant en ik waardeer het dat je er keurig met gestrekt been invliegt, ware het niet dat het hier een medespeler betreft. Daarnaast schop je gelukkig lukraak in het luchtledige. In gewone woorden: je levert loze kritiek.

Misschien is het je niet opgevallen maar al die metingen en berekeningen betreffen inspanningen van wielrenners die bergop fietsen, waarbij de gemiddelde snelheid niet boven de 25 km/u komt. Je breedvoerige uiteenzetting over werelduurrecord, de exactheid van Riegel en de ganse santenkraam over hoogte plaats ik met liefde in de categorie doordraverij.

Mijn recept, Riegel in een oogopslag, en VO2max vanaf de bovenste plank.

[pbs.twimg.com]
[pbs.twimg.com]
[www.fiets.nl]
Nomath 21 augustus 2017 17:49
Ik schreef niet "Wollige taal", maar "gezwollen taal". Anders gezegd: bombast.

Het is geen loze kritiek. Je meneer Portoleau zou zijn étalon-wattages moeten omrekenen naar zeeniveau of naar een andere standaard-hoogte om goede vergelijkingen te kunnen maken.
Horsie is back 21 augustus 2017 18:42
In de formule van Vayer e.a. zit trouwens de luchtdichtheid verwerkt.
Sorry, alleen geregistreerde gebruikers mogen berichten plaatsen in dit forum.

Klik hier om in te loggen