Welkom! » Log in » Registreer een nieuw account

Parijs - Roubaix 2001

Gepost door Sub Culture 
Sub Culture 12 april 2020 11:46
Ik botste net op dit stukje van Michel Wuyts..

Een kleine geschiedenis
Wilfried en Ludo waren jeugdvrienden. Ze kenden elkaar door en door. Wilfried was bedachtzaam en niet vies van een geintje. Ludo was van het onbesuisde type. Hij dook als keeper van Exelsior Vorst blind in schietgrage voeten. De rede en het risico. Ze vulden ze elkaar aan.

De twee teerden daarnaast op hun lange adem. Moe was een verwaarloosbaar gevoel. Sprak voor zich dat wielrennen ze op het lijf geschreven was. Ze sloten zich allebei bij de fameuze Balen Bycicle Club aan en waren er snel uitblinkers. Ludo en Wilfried werden zelfs Belgisch kampioen in de ploegentijdrit over 100 kilometer en maakten het in internationale ontmoetingen specialistenteams uit het Oostblok verdomd moeilijk.

Waar de zonen koersten, trokken de vaders naar de kroeg. De families gingen zelfs samen op reis. De technisch begaafde Wilfried leerde Ludo skiën. Of eerder een aanverwante sport. Daar waar Wilfried zwarte pistes sierlijk en bochtenrijk nam, koos Ludo voor de kortste weg. Stokken onder de oksels, achterwerk de hoogte in en jodelend richting dal. Dat hij tien keer viel en vijf sparren ontwortelde, nam Ludo er grimassend bij. Als hij maar voor zijn makker in de après-ski was.

Ludo en Wilfried bleven al die jaren trainingspartners. Honderden koffies hebben ze genuttigd, bij Frans, in taverne Sas 6 aan het kanaal. Op oudejaarsdag mocht dat trappist zijn. In grote mate. Zo groot dat Wilfried van de momenten van slapte van Ludo misbruik maakte. Toen die laatste het pand verliet, bleek zijn fiets in geen velden te bespeuren. Bleek dat Wilfried het tuig tot het kleinste vijsje gedemonteerd en alle onderdelen in het Kempense groen verspreid had. Enfin, die vriendschap tussen Wilfried Peeters en Ludo Dierckxsens kon effenaf niet stuk.


Nog een kleine geschiedenis
De feiten en de overlevering leren dat Wilfried Peeters dienaar was van Johan Museeuw. Waar de leeuw vocht, brulde ook de panter een eindje mee. In de koers heerste en verdeelde Museeuw, in het dagelijkse leven merkwaardig genoeg niet. "Waar gaan jullie dit jaar met vakantie, Wilfried? En mogen wij eventueel mee?" Een etentje, een weekend, een stadsbezoek, een reis naar een ver eiland, ... Peeters wikte en beschikte, Museeuw onderging.

Sprak voor zich dat Peeters voor zoveel arbeid en geregel naar een sportieve beloning snakte. Gent-Wevelgem ’94 was een begin. Parijs-Roubaix moest de finale toemaat zijn. Ik bezocht huize Peeters in december van 2000 en daar viel mij onmiddellijk het gat in salonruimte op. Leeg, maar in volle verwachting.

Stonden in de twee niches ernaast: een brozen kassei van het jaar ’98 en zilveren uit het jaar ’99. Het was zonneklaar dat voor niche drie goud voorzien was. "Ge meugt het weten, maar zegt het nie op televies", sprak Wilfried bezwerend. Derde na Ballerini en Tafi in ’98, tweede na Tafi in ’99.

Ook voor eerzuchtige Italianen had Wilfried zijn kansen gedwee geofferd. Van die mannen was hij in ieder geval af. Na teveel gekrakeel met collega Crespi had Lefevere Mapei vaarwel gezegd en zijn Vlaamse kern bij Domo ondergebracht. Ballerini en Tafi waren over hun top heen. De tijd was nooit rijper. Bij Domo leefde maar één credo: "Wij geloven in en mikken unisono op Wilfried."

Peeters wist wat hem te doen stond. Van ver gaan. Van heel ver. Zich spiegelen aan de afstand van een ploegentijdrit, maar die dan wel afleggen in eenzaamheid. Niet simpel, maar te doen. De grootste kasseispecialisten zaten immers in zijn kamp.


De koers
De hel was een hel. Alleen in ’73, die van Merckx, was ze genadelozer. De hemel had alle vocht op Noord-Frankrijk uitgegoten, de velden hadden massa’s aarde aan de straten geschonken. Parijs-Roubaix 2001 was een grote glijpartij van Solemnes tot de aankomst op de velodroom. Alsof blubber en plassen niet volstonden, speelde ook de wind een vuil spel. Driekwart tegen.

De onderneming moest een verschrikking worden. Nog voor Solemnes lag de boel al compleet uiteen. Brard, Voigt, De Jong en de piepjonge Chavanel reden twee minuten voor het peloton uit. Nou ja, peloton. Een pakket van een man of 15, meer waren het er niet.

Domo heerste. Met vier stuks. Architect Museeuw bouwde met gezag het plan Peeters uit. Wereldkampioen Vainsteins en Servais Knaven bepaalden mee het ritme. In dat uitgelezen groepje artiesten peddelde kundig ene Sven Nys. Een streling voor het oog zoals hij zich op de bultruggen in evenwicht hield.

Voor ruim een kwart van de tijd op kop: Ludo Dierckxsens. Met die lange wentelslag van hem, de prominente neus parmantig in de wind, zichtbaar genietend van het labeur. Zoals hij dat op de Vlaamse heuvels deed.

"Ludo, Ludo, Ludo", klonk het toen uit 1000 kelen. De magische dreun van de eeuwwisseling. Ludo werd er high van. Peeters vond het allemaal reuze. Op 140 kilometer van het eindverdict gleed hij Dierckxsens voorbij en stak ostentatief de wijsvinger op. "Hé mannen, ik ben ‘m vandaag."

De vier leiders vielen als zwerfstenen van hun Himalaya en de Domo's verhoogden het tempo met de schacht van Arenberg in zicht. Op de eerste hectometers van die brok onzin vielen enkelingen op een hoopje. Wat verder sloeg Gaumont tegen het porfier. Zijn fiets schoot voor wielen. Die van Nys. De reflex van de Brabander was fenomenaal. Hij onttrok zich op de zwaar aflopende rand aan de aarde die daar heks heet en kwam galant en zonder snelheidsverlies neer. Fabuleus. Zijn aanwezigheid moet dan al voor onrust
gezorgd hebben.

Vooraan stoomde Hincapie door. De winnaar van Gent-Wevelgem verslikte zich in een steen, gleed de berm in en maakte plaats voor de snuivende panter. Wilfried Peeters vloog in het ongerijmde en was op 85 kilometer van Roubaix alleen. Zie daar de vroeg voltrekking van het plan. Restte die ene onzekerheid: hoe zouden Peeters chassis en koetswerk dit verdragen?

Wat ging dat aanvankelijk goed. Wilfried nam twee minuten. De Domo’s glipten naar elke achterwiel. Museeuw lonkte over zijn slijkbril en zag dat zijn discipelen vakwerk leverden. Hij grinnikte net niet hardop van de binnenpret. Leed hij in al zijn machtsbesef aan zinsverbijstering. Leidde zijn grandeur tot onzin? Feit was dat hij zich ter hoogte van Nys liet afzakken en uitkraamde: "Wat doe jij hier nog snotneus? Gij zit hier niet op uw plaats, verdwijn." Nys kromp ineen, maar verbeet nog een poos de verbale aanslag.

Museeuw trok weer naar voor en zou zich stilaan op een nieuwe tussenkomst moeten voorbereiden. Dat hij twee keer lek reed, deerde hem nauwelijks. Peeters denderde over de kopse stenen van Orchies, Mons-en-Pévèle en Cysoing. Dat ging nog goed. Alleen het rendement bleef beperkt. Hij liep voor geen sikkepit uit. Zoveel status quo moest een reden hebben. Een naam. En die luidde: Ludo Dierckxsens.

Ludo had van jeugdsentiment en medelijden geen last. Hij dreunde in eigenwijsheid – of was het in strikte sportiviteit – zonder omzien aan de kop en kreeg alleen zo nu en dan hulp van Hincapie. Ludo ramde zoals hij skiede. Hij woekerde in roekeloosheid. Dat nu precies vriend Peeters zijn mikpunt was, deerde hem niet. Genieten zou hij.

Zijn gedrag noopte Museeuw tot een drievoudige ingreep. Daar gleed hij een eerste keer naast Ludo en riep hem een bedrag toe. Ludo schudde van neen. Kwam Museeuw een tweede keer en deed een verdubbeld aanbod. En nog schudde Ludo koppig van neen. Sneed een getormenteerde Museeuw een derde keer naast Ludo, met het drievoud van som één. Ludo schudde jandorie nog hardnekkiger van neen.

"Ik wou graag winnen", zei Ludo me later in oprechtheid. "Als je zo’n aanbod krijgt en je weigert, wat ben je dan?", vroeg Museeuw me. "Een sportieve mens", antwoordde ik. "Neen", repliceerde Museeuw, "dan ben je een ezel."

Enfin, de Ludo, hij werkte voort. Hij schudde Nys en een deel vermetelingen af en liep Peeters in op Carrefour de l’Arbre. Wilfried was te moe om te ontwaren welke onverlaat hem dat gefikt had. Bleven nog in de vuurlijn: vier Domo’s, Hincapie, Wesemann en Dierckxsens.

Op het ogenblik dat alles in gereedheid gebracht werd voor de vernietigende aanval van Museeuw, reed die voor een derde keer lek. Ook nu sloot Museeuw na een forse inspanning aan. In de korte poos van herstel, besefte vriend Knaven dat daar zijn enige kans lag. Hij ging hard op 10 kilometer en greep de gouden kassei die op Peeters wachtte.

Knaven werd de 5e Nederlandse winnaar in de geschiedenis, Museeuw sprong naar de tweede plaats en Vainsteins won de sprint voor de derde. Lefevere glunderde andermaal als plaatsvervangend winnaar bij het aanschouwen van dat volle Domo-podium. En Peeters? Hij werd vijfde. En Dierckxsens? Na Peeters, met doorgezakte schouders, zesde.



1 keer gewijzigd. Laatste wijziging: 12/04/2020 11:47 door Sub Culture.
merijntje mortirolo 12 april 2020 12:28
-
Merci, Sub. Held-en-kneus Ludo maakt(e) me altijd vrolijk. Was het Stanga niet die riep "Vai, Ludo" in die Touretappe? Kippenvel, enkel er aan terugdenkend. Ga hem zo op youtube zoeken.

Als mijn dochter uit 2002 een jongetje was geweest had hij Ludo geheten. Mijn zoon die vlak na de hier in het artikel aangehaalde koers (op 3 mei) geboren werd had al een naam.

Het grappige is dat iedereen in het Ludogeval je vervolgens een mongool had gevonden, omdat je je kind vernoemt naar iemand uit GTST, maar goed, de échte mongolen (hullie die dat programma kijken/keken) dachten dat later van mijn enige zoon alsnog. Milan uit 2001 heeft geen hol te maken met die duizenden Milans die er tegenwoordig zijn.

De naam stond in 2000 op 205 in de voornamendatabase, er werden er 209 geboren in Nederland. Dus ik durfde dat wel aan in 2001 (256 Milans).

Kekke site trouwens, volgens mij kwam Cycleon daar ooit mee. Tegen verveling en ter vermaak: [www.meertens.knaw.nl] De naam Ludo komt nauwelijks voor.

Wat vandaag betreft: khad een paar maanden geleden al vrij gevraagd voor de vorige en deze zondag, maarruh, ik heb helemaal geen werk meer.

Oh wacht, er is ook geen koers. Geen traditionele Westmalle en bitterballe. Dat ik in mijn leven moet meemaken dat DE Ronde en PR niet doorgaan.

#kutleven

Groet,

Merijn, die nog altijd met gepaste trots kan beweren dattie nog nooit een aflevering van GTST heeft gekeken. (Love you, Gerrie).



1 keer gewijzigd. Laatste wijziging: 12/04/2020 12:29 door merijntje mortirolo.
Sub Culture 12 april 2020 12:41
Ik wil Merijntje pijn doen.
Frederik D. 12 april 2020 14:54
GTST? Een vergeten wielerwedstrijd van weleer?
Anony 13 april 2020 00:52
Je mist nog een stukje, Sub.

Voorts nooit begrepen van Ludo.
Clavan 13 april 2020 16:43
Dat gedweep met die Museeuw. Als hij echt ballen had gehad was hij bij zijn beweringen omtrent doping en Levefre gebleven en waren we van manege baas af geweest.
pl0rk 13 april 2020 17:04
Interessant verhaal, jammer dat het in zo'n vreselijke stijl geschreven is. Wuyts begint me meer en meer tegen te staan met z'n overdreven gedoe.
valse trage 13 april 2020 19:38
Vlamingen en ballen? Precies. Lekker makkelijk om Ludo nog eens een keer belachelijk te maken. De enige die fier in de spiegel kan kijken. Wuyts kruipt nog steeds ver in het holletje van veelwinnaar Museeuw. Daar durft de kwijlende schoolmeester niks vervelends over te zeggen. En van boef 'Fitte' ook niet. Om het in zijn eigen woorden te zeggen: geen minzame mens, die Wuyts.

Al had "De Leeuw van Vlaanderen", die met een piepstemmetje in de 3e persoon over zichzelf praatte, 100x Parijs-Roubaix gewonnen en was 10 keer zijn been geamputeerd en was hij 1000x geweldig teruggekomen dan nog staat Ludo voor mij op veel grotere hoogte. Respecc!
Sub Culture 13 april 2020 20:56
Opvallend hoe mensen op het prikbord altijd dingen over Wuyts weten te concluderen die mij steevast ontgaan..
Ulrich A. Boschwitz 13 april 2020 21:56
Over Parijs-Roubaix gesproken...

Quote

Geen Parijs-Roubaix dit jaar: de realiteit is keihard

Gisteren om 15:31 door Servaas Van Belle

Servaas Van Belle is een van de vele tienduizenden wielerliefhebbers die zondag, voor het eerst in lange tijd, niet van Parijs-Roubaix zal kunnen genieten. Naar aanleiding daarvan schreef hij een elegie bij een reeks beelden van de legendarische, en oorverdovend stille kasseistroken.




KEIHARD



Koers.



Nu even niet.

Momenteel rijden we achter de feiten aan. Corona sloeg een gat.

Het komt er op aan goed te blijven ronddraaien.

Geen plaats voor solisten en einzelgängers.

Ploegleiders schreeuwen in onze oortjes. Rondrijden verdomme!

Als een hysterisch peloton moeten we stoempen.

Het is met momenten dokkeren. Vloeken. Jammeren.



Het is denderen door de grote leegte.

Geen wapperende Vlaamse leeuw maar een witte vlag.

Veel witte vlaggen. We geven ons nochtans niet over.

Nog niet.



Niet vergeten eten en drinken.

Laven aan handengeklap.



De demarrage kwam onverwacht en verdomme hard.

Met elke pedaalslag meer krampen. Na elke bocht verijdelde hoop.

Aan de horizon nog niets te bespeuren.

Er zit niet anders op dan verder stoempen.



Vandaag gaat de lucht niet anders ruiken.

Geen Paris-Roubaix. Geen familie. Geen vrienden.

Geen koffie en verlepte taartjes.

De televisie blijft uit.



De realiteit is keihard.


[www.standaard.be]
valse trage 13 april 2020 22:08
Daar is je empathisch vermogen wat te weinig voor ontwikkeld. Geeft niet hoor jongen!
Ulrich A. Boschwitz 14 april 2020 06:18
Over Parijs-Roubaix gesproken...

Quote

Reportage Paris-Roubaix
In één dag één bocht renoveren, zo wordt de kassei van Paris-Roubaix gered


Les Amis de Paris Roubaix werken aan het verbeteren van de kasseien stroken. Rechts staand Jean-Guy Sapin, rechts zittend François DoulcierBeeld Patrick Post

Les Amis de Paris-Roubaix zorgen ervoor dat de kasseienwegen waarop het beroemde wielerparcours wordt verreden veilig blijven. Tegelijkertijd bewaren ze het erfgoed van Noord-Frankrijk.

Kick Hommes 12 april 2020, 16:45

Een witte bakwagen stuitert van links naar rechts over de weg. De snelheid is niet hoger dan 20 kilometer per uur. Meer kan ook niet. Anders worden de inzittenden teveel door elkaar geschud en vallen de zandzakken uit de open laadbak.

Om precies 08.45 uur staat de wagen stil op een verlaten T-splitsing in het niemandsland van Noord-Frankrijk. In de verte doorkruist de snelweg A27 het ingeslapen dorp Camphin-en-Pévèle. Het is fris, 8 graden. Zonnestralen verdrijven de ochtendmist en zetten de lege akkers langzaam in het licht. In de zomer staat hier graan tot de horizon. Nu is het er leeg en de kille oostenwind heeft vrij spel.

François Doulcier stapt uit de wagen en hijst zich in een splinternieuwe felblauwe werkbroek, gehaald bij de kledingwinkel ‘om de hoek’. Het etiket met de maat (44) bungelt nog aan een lusje. “Goedemorgen. Welkom op de Carrefour de l’Arbre. Hier is de bocht die we gaan renoveren. Laten we beginnen. Eerst maar eens een afvoer graven voor het water.”

Doulcier (53) is directeur van Les Amis de Paris-Roubaix, een stichting die zich inzet voor het behoud van de kasseienstroken in Noord-Frankrijk. De voorgangers van de Amis zorgden ervoor dat de asfalteringsdrift uit de jaren zestig voorbij ging aan de stille wegen door de landerijen. Tegenwoordig herstellen de huidige ‘vrienden’ de stukken die er te slecht bijliggen. Deze zaterdag gaat het om één bocht, een stukje van 10 meter, waar de weg verzakt is. Steunkeien voor de zijkanten zijn onzichtbaar geworden in een poel van modder en water.


De stenen worden losgewrikt.Beeld Patrick Post

Eén dag per jaar staat deze bocht vol met tientallen toeschouwers. Dit is dé Carrefour de l’Arbre, een beslissende en beroemde vijfsterren-kasseienstrook van 2,1 kilometer in de wielerklassieker Parijs-Roubaix. Zondag zou hier het peloton overheen razen. Televisiemotoren en renners vliegen op volle snelheid voorbij. Hier, precies op deze plek, volgt tussen een haag van publiek vaak de beslissende aanval, 15 kilometer voor de finish in Roubaix.

Jean-Guy Sapin: Dit is echt een trieste week
“Ik ben net een mailtje aan het sturen naar iedereen. Dat we de moed er wel in moeten blijven houden, ook al is dit een trieste week. Normaal gesproken was dit de week waar we naar uitkeken. Nu moeten we hopen dat het later nog doorgaat.
Heb je het nummer van monsieur Doulsier? Je moet hem even bellen. Hij zit er helemaal doorheen. Ik kan nog vijftig kilometer fietsen, hij moet thuis blijven. Dat is niets voor hem. Bel hem, dat doet hem zeker goed.”


Wat Doulcier tijdens zijn herstelwerk nog niet weet, is dat de koers wordt afgelast vanwege het coronavirus. Parijs-Roubaix gaat dit jaar niet door. Ook het exquise restaurant l’Arbre Gruson – altijd vol, maanden vooraf reserveren– aan het einde van de strook is dicht. Het blijft stil op de wegen, zoals het er eigenlijk altijd stil is. Corona is een term die deze zaterdag valt, maar van enige beperking van de Franse overheid is dan nog geen sprake. Er kan gewoon worden gewerkt. Afgelasting hangt wel al dreigend boven hun werk.

“Wij gaan er al vanuit dat de koers niet doorgaat”, zegt Doulcier. “Maar dat is niet erg. Dit is niet alleen voor de koers, dit gaat om erfgoed. Patrimoine. Kijk om je heen. Al deze steentjes zijn ooit aangelegd met de hand. Dit is geschiedenis van dit land.”

54,5 kilometer
De kassei was in de negentiende eeuw een geliefd materiaal. Dankzij de kasseienwegen bloeide de regio economisch op. Na de Eerste Wereldoorlog werden kapotgeschoten straten gevuld met de stenen. In de jaren zestig kwamen de wegen in het gedrang vanwege asfalt, maar in Noord-Frankrijk overleefden de kinderkopjes, de laatste 25 jaar vanwege de Amis.

Parijs-Roubaix kent ruim 54,5 kilometer aan kasseien, ofwel 6 miljoen brokken natuursteen van elk ongeveer 14 kilo. Die liggen niet recht, maar schots en scheef. Elke kassei heeft eigen unieke oneffenheden, maar er is wel een overeenkomst: ze houden afstand van hun buurman. Zo ontstaan de wegen die zo uniek zijn voor de wedstrijd. Dankzij de kassei is Parijs-Roubaix de ‘Hel van het Noorden’.

Doulcier pakt een schep uit de laadbak en begint in de grond te prikken. Een bocht is het eigenlijk niet meer te noemen. De oorzaak van de verzakking is zichtbaar. Diepe wielsporen zijn verstilde reflecties van de vrachtwagens en tractoren die over deze wegen rijden. 100 meter verderop is een nieuwe opslagplaats aangelegd. Vrachtwagens hebben de kasseien weggedrukt. Een kassei is niet gemaakt voor een tientonner.

Eigenlijk is Doulcier monteur van Peugeot. Maar het kasseienwerk is sinds 2001 ‘zijn leven’. Met alle liefde ligt hij op de knieën om delen van een op het oog nietszeggende weg te verbeteren.

Eerder al vertelde hij telefonisch dat hij het belangrijk vindt dat de wegen goed blijven. “Dit is nobel werk. Zonder ons geen koers. Maar zonder ons is er ook geen weg. Je moet het grootste respect hebben voor mensen die deze wegen vroeger hebben aangelegd. Dat wij dit nu kunnen doen, is onze manier om deze erfenis in ere te houden.”


Lunchtijd voor de restaurateurs.Beeld Patrick Post

Eenmaal op de kasseien is Doulcier verre van spraakzaam. Hij is meer de geen tegenspraak duldende opzichter. Doulcier zegt wat er moet gebeuren en wanneer er zal worden geluncht (met stokbrood, worst, mayonaise en augurken ). Het liefst wil hij elke kassei zelf terug de weg in duwen. En dat doet hij dus ook.

Zijn ‘werknemers’ zijn allemaal vrijwilligers. Deze zaterdag zijn ze met zijn achten om een stukje van 10 vierkante meter te herleggen. Jean-Guy Sapin bijvoorbeeld, 62 jaar en voormalig monteur bij de Franse wegenwacht, maar nu directeur van het museum van Parijs-Roubaix. Hij staat het gat van 10 vierkante meter van modder te ontdoen.

Hij heeft zijn vriend meegenomen, Alain Benit (65), die op een oprit van een huis bij een Belgische markt 110 kasseien heeft gevonden die deze zaterdag kunnen worden gebruikt bij de renovatie. Heel makkelijk beweegt hij niet meer. Toch gaat hij aan de slag met de koevoet. Uiteindelijk bikt het hele team de stenen uit de grond.

Zo eenvoudig is dat niet. Soms liggen de grote brokken al eeuwen in de grond. Moet je daar wel aankomen? Juist vanwege de slechte wegen is Parijs-Roubaix als wedstrijd zo bijzonder. Sapin, met een oude en versleten overall, heeft die vraag al duizenden keren beantwoord: “Een kassei is nog steeds moeilijk om overheen te rijden. Wij zorgen ervoor dat het veilig kan.”

Speciale schoonmaak
De bocht op de Carrefour is ‘klein onderhoud’, zoals er ook gemiddeld en groot onderhoud is. Groot onderhoud is als bij het Bos van Wallers, ruim 30 kilometer zuidelijker. Op de beroemdste, iets naar beneden lopende kasseienstrook uit de omgeving was vorig jaar een speciale schoonmaak nodig omdat over de kasseien een groene laag mos en onkruid was gekomen. Daar overheen rijden werd gevaarlijk. Menig renner hield een zware blessure over aan de overtocht van 3 kilometer. Daarom moest de toplaag worden geschrapt. Dat konden de Amis niet, daarvoor was professionele reiniging nodig. Het kostte ruim 100.000 euro.

De Amis zijn er vooral voor de kleinere stukken. Zoals op de Carrefour, waar de stenen inmiddels uit de grond zijn. Met zand wordt de ondergrond aangevuld. Een goede strook staat bol, legt penningmeester Mickaël Castelain (elektricien in een ziekenhuis) uit als hij even staat uit te puffen nadat hij een zandzak uit de bakwagen naar de werkplek heeft gesjouwd.

Doulcier: Ik kan nu niks, en dat doet pijn
“Gelukkig ben ik gezond en niet ziek. Maar ik moet wel thuisblijven en dat is lastig. De kasseien van de Carrefour zijn de laatste stenen die we hebben verplaatst. Er was nog een plan om ergens anders te werken, maar ik besloot dat toch niet te doen. We mogen hier in Frankrijk ook niet naar buiten.
Wat ik zondag ga doen? Geen idee. Ik denk thuis blijven. Vooral hopen dat de koers later in het jaar nog door kan gaan. Want de koers is niet afgelast, alleen uitgesteld.”


“In het midden ligt de kassei hoger dan aan de zijkanten. Het is een miniem verschil, maar zorgt dat regenwater kan weglopen. Wie een kassei wil plaatsen, moet eerst een halve meter uit de grond graven. Dan zand en grind erin, zodat de kassei een zacht bedje krijgt.”

In de verte rijdt iemand op een speciale gravelfiets over de stenen. Het is Alexis Vahtar, 38 jaar en in het dagelijks leven verkoper van grote vaatwassers voor restaurants. Vahtar is speciaal voor de schoonmaak van de kasseien uit een wijk nabij Parijs gekomen. Hij wijst op een kerktoren in de verte. “Daar in de buurt heb ik overnacht. Vanavond ga ik weer terug.” Het is zijn eerste keer bij de Amis. “Dit is wel heel belangrijk werk. Zonder hen zou er geen koers zijn. Daarom wilde ik ook helpen.”

Hij is de jongste van het bonte gezelschap in overalls van allerlei kleuren. “Volgens mij heb je twee soorten mensen. Of je houdt van kasseien, of je vindt het verschrikkelijk. Voor de mensen hier is de renovatie een levenskunst. Voor veel vrienden van mij staat het gelijk aan moeite doen. Dat is het verschil.”

Ambassadeur Degenkolb
Bij de Amis zijn zo’n tweehonderd mensen aangesloten. Ze verkrijgen hun geld via donateurs, waarvan er inmiddels zo’n 20.000 zijn. Profrenner John Degenkolb is ambassadeur van de stichting. Zijn crowdfundingactie leverde vorig jaar 10.000 euro op. In februari werd een strook naar Degenkolb vernoemd.

Alleen kan de groep al het werk niet aan. De ‘Amis’ hebben met twee ‘lycées’ uit de omgeving een afspraak gemaakt. Voor hoveniers in opleiding uit het nabijgelegen Raismes en Lomme is het herleggen van de kasseien al jaren een examenonderdeel. Zodoende zijn alle 29 stroken in de omgeving weleens (deels) gerenoveerd. Onlangs ook ergens anders op de Carrefour de l’Arbre, waar ongeveer 100 meter er uitziet als een stukje snelweg op een grindpad.

Met een gespannen touwtje geeft Castelain aan hoe de kasseien naast elkaar moeten liggen. Want hoe scheef de kasseien op het oog zijn, ze liggen wel precies zij aan zij. Kasseienherstel is niet voor niets belangrijk werk.

Om 15.30 uur is het werk klaar. Weer een bocht gedaan. De bakwagen is omgedraaid, klaar om naar huis te rijden. Ledematen kraken als men zich uitrekt. De bocht is klaar voor een volgende editie van de klassieker.

Alleen dit jaar zal dat niet zijn. Dit jaar ligt de Hel er op de wedstrijddag verlaten bij. Maar dat is niet erg, klinkt het. Doulcier, in een spaarzaam moment waarin hij niet op zijn knieën zit: “Dit werk is voor de geschiedenis, en voor de toekomst. Zoals wij zeggen: de kassei is eeuwig.”

[twitter.com]
El Chaba 14 april 2020 11:48
Logisch, want jij hebt verstand en Ludo niet.
Andere Peter 14 april 2020 23:41
Drama queen.

Straks een paar honderdduizend doden, als het meezit. Ik denk wereldwijd een paar honderd miljoen extra werklozen. Met alle echte drama's die daarbij horen in Derde Wereldsteden als Delhi, Jakarta, Atlanta en New Orleans.

En dan piepen over zo'n koersje met als uitsmijter: de realiteit is keihard.

Kijk effe mee naar 'Frontberichten' en pas de zwelgende toon in je column aan. Je zou je 10-jarige zoon tot de orde roepen als hij zo piept.

Of probeer een alternatieve invalshoek. Neem dan afstand van het gehuil. Bied hoop uit de ellende. Schets hoe het straks evt wèl zou kunnen (Zonneveld deed onlangs een aardige aanzet). Ik denk bijvoorbeeld dat P-R in pakweg de weken na Parijs-Tours hartstikke leuk wordt. Misschien wel terwijl de Vuelta gaande is (weinig renners die in PR en de Vuelta moeten zijn). Straks in 4 maanden alle grote ronden, alle grote klassiekers. Alle voorbereidingen in de war. Renners die slapen in slaapbussen. Het mooiste wielerseizoen ooit. Zonder de ballast van Nokere Koerse, ZLM-Tour en Rundum den Finanzplatz Eschborn of zoiets. Het wielerseizoen dat we ons allemaal nog zullen herinneren over 40 jaar.

Je zegt van de Eerste Wereldoorlog toch ook niet dat het zo klote is dat Bordeaux-Parijs niet doorging?

Ik maak mij over veel dingen zorgen. Ook best wel sportgerelateerd. Niet dat het belangrijk is, maar ik vind het leuk. Maar ik maak mij totaal geen zorgen over Parijs-Roubaix 2020. Dat vindt vast nog wel een plekje en dat wordt leuker dan ooit.
Prikdude 15 april 2020 19:02
Wilfried was bedachtzaam...

...Alsof blubber en plassen niet volstonden, speelde ook de wind een vuil spel. Driekwart tegen...

...Peeters wist wat hem te doen stond. Van ver gaan. Van heel ver.


Het wervelende koersinzicht van de nationalistische kwezelaar.

Terwijl Peeters een betrouwnare knecht werd in de ploegen van Lefevere is het kennelijk nooit in hem opgekomen Dierckxsens eens voor te dragen. In plaats daarvan sloopte hij Ludo's fiets waardoor die zat naar huis kon lopen om de volgende dag weer deuren te lakken in een DAF-fabriek. Vriendschap.

Die fitte bullenbak is destijds gewoon veel te vroeg aan gegaan en reed ook niet bepaald de stenen uit de straat. Dierckxsens trok voornamelijk door op de kasseienstroken als Museeuw weer lek reed. Wat was het alternatief? Parijs-Roubaix cadeau doen alsof het een kermiskoersje in Dendermonde is?

En zelfs als Ludo dat sprankje hoop van Peeters bewust tot op het laatste restje demonteerde, valt daar veel voor te zeggen.
Sorry, alleen geregistreerde gebruikers mogen berichten plaatsen in dit forum.

Klik hier om in te loggen