Vanmorgen las Cecchini met groot welbevinden in de Volkskrant een column van Daniela Hooghiemstra, waaruit ik een passage met jullie deel.
De mondkap, het mensonterendste attribuut dat ik ken
Tegen weinig anders zie ik zo op als tegen het mondkapjestijdperk. Laat dat verkleinwoord voor de benaming van de halve luier die over het gezicht moet worden gespannen maar weg.Op de middeleeuwse ijzeren muilkorf na, is de mondkap het mensonterendste attribuut dat ik ken. De boerka komt in de buurt, maar misschien ben ik nog liever helemaal niet zichtbaar dan zo herkenbaar gekneveld de straat op te moeten.
Mijn omgeving valt in twee groepen uiteen: zij die om een mondkap zitten te springen en zij die zich, zoals ik, nog liever ingraven dan er één te dragen. In Nederland is de kap voorlopig alleen verplicht in het openbaar vervoer. Maar in Duitsland en Frankrijk mag je al niet meer naar de supermarkt zónder en in Azië hadden ze hem ook al vóór de coronacrisis. Of we hem nog wegkrijgen, is dus de vraag.
En daar zit mijn vrees. Als tijdelijk middel om zonder al te veel wantrouwen en ongemak weer het openbaar vervoer in te kunnen, alla. Maar angst, religie en (kleding-)ritueel zijn communicerende vaten en zodra die trein eenmaal in beweging komt, is er geen houden meer aan. De meeste religieuze gebruiken komen voort uit angst voor dood of seks en de mondkap tackelt beide in een klap. In Vietnam zag ik het straatbeeld dat de mondkap oplevert: een droevig ogend leger met onbekend opperbevel.
Als angst in het spel is, gluurt de moraal om de hoek. In islamitische landen evolueerde de hoofddoek van praktisch beschermingsmiddel tot zedelijke plicht, zodat ook in westerse rechtsstaten veel moslims het dragen ervan nog nodig vinden. De mondkap heeft het in zich net zo’n collectieve bezweringsdracht te worden. Volgens de Franse filosoof Michel Houellebecq zal corona afrekenen met het menselijke contact. Toen ik laatst een vrouw tegenkwam met een hijab én een mondkap, zag ik dat ineens voor me.
Dat de effectiviteit van de kap intussen niet vaststaat en de kans om iemand op 1.5 meter te besmetten klein is, maakt niets uit. Als vlag van de sociale deugd kan de kap ook overleven als er geen virus meer is.Om je er dan nog aan te onttrekken, is moed nodig en ik ben er niet gerust op dat wij die opbrengen. Marketeers zullen de mondkap hip maken. Met de lancering van flitsende boerkini’s en ‘hijab haarverzorging’ hebben zij hun genialiteit al bewezen.
Zelf was Cecchini langere tijd fel tegenstander van het dragen van een wielerhelm, want ja godver met zijn gemiddelde van 26 km per uur, wat kon hem op zijn eenzame toerritjes op de Veluwe nou eigenlijk gebeuren, en wat was er lekkerder dan een lentebriesje door zijn haren te laten waaien, maar op een bepaald moment begon een aantal fatsoensrakkers er zich tegenaan te bemoeien en zag je meer en meer gehelmde recreanten op de weg, en nog erger na verloop van tijd kreeg je ook nog een cannonade aan scheldpartijen over je heen ("hé klootzak helm op" ). Door wat tijdelijke hartproblemen, die soms met duizeligheden gepaard ging Cecchini uit voorzorg tijdelijk een helm dragen, daarmee onbewust pretenderend alsof hij een echte wielrenner was (hij dacht er zelfs over na zijn benen te scheren). Gelukkig kreeg zijn cardioloog de hartritmestoornissen er onder, maar Cecch durfde toen niet meer terug, want een renner zonder helm was een relikwie uit verleden tijden geworden, ik begon op te vallen. Ik vrees dat het met het mondkapje dezelfde kant uitgaat. Vooralsnog zal Dottore in ieder geval het openbaar vervoer mijden als de Pest, en wie weet later alles thuis laten bezorgen.